Een soesje is een klein en meestal rond gebakje, gemaakt van kookdeeg en gevuld met slagroom, custard, banketbakkersroom of ijs. Het recept stamt uit de 16e eeuw. De naam is ontleend aan het Franse ‘pâte à choux’] omdat het gebakken omhulsel met enige verbeelding lijkt op een bloemkool (chou-fleur).
Kookdeeg
1 dl water
40 g boter
snuifje zout
70 g bloem
2 ½ eieren
Banketbakkers-room
1 ei
75 g suiker
35 g vanillebloem
½ l melk
Roomvulling
2 tl koffie essence
2,5 dl slagroom
50 g poedersuiker
Glazuur
100 g suiker
Amandelen
Kookdeeg
Breng water, zout en boter aan de kook. Voeg de bloem in één keer toe en roer tot een deegbal ontstaat die niet meer aan de pan kleeft. Laat even afkoelen.
Voeg één voor één de eieren toe, tot het deeg glad is.
Doe een klein beetje deeg in een spuitzak voor de nekken en de rest in een spuitzak met een grote ronde spuitmond. Spuit nekken op een met bakpapier beklede bakplaat en 6 ronden op een andere bakplaat.
Verwarm de oven voor op 220°C. Bak de soezen 10 minuten, verlaag dan de temperatuur naar 180°C en bak nog 13 minuten. Laat afkoelen op een rooster,
Banketbakkersroom
Klop het ei los met suiker, vanillepoeder en een beetje koude melk.
Breng de rest van de melk aan de kook en giet al roerend bij het eimengsel. Giet terug in de pan en breng al roerend aan de kook. Laat even afkoelen en dek af met plasticfolie. Koel volledig in de koelkast.
Slagroom
Klop de slagroom, suiker en 1 el mokkaessence (zie desserts) op, proef halverwege en doe er indien nodig nog enkele druppels mokkaessence bij tot de gewenste smaak (op het laatst toevoegen, opletten dat de slagroom dan niet te ver is geklopt).
Afwerking
Snij de soezen door en vul ze met de banketbakkersroom onderaan,
Spuit de soezen vol met de mokkaslagroom plaats deksel terug,
Smelt suiker tot karamel. Breng de karamel met amandelschilfers aan of bestrooi met poedersuiker.